Ontdek Groede via deze uitgebreide wandelroute.
De oudste vermelding van Groede dateert uit het begin van de 12e eeuw. Op dat moment wordt de naam Groede vermeld in een oorkonde van de Gentse Sint-Pietersabdij die in West-Zeeuws-Vlaanderen veel grond bezat. De naam ‘Groede’ is waarschijnlijk afkomstig van ‘grode’, een term die in de middeleeuwen doelde op aangeslibd en begroeid buitendijks land. De inwoners van Groede noemen hun dorp “De Groe” . De geschiedenis van West-Zeeuws-Vlaanderen, en dus ook van Groede, is sterk getekend door de vele overstromingen, al dan niet natuurlijk van aard. Tot 1970 was Groede een zelfstandige gemeente en in dat jaar ging het op in de gemeente Oostburg dat in 2003 zelf weer opging in de gemeente Sluis.
” Een kroeg, een juffrouw op de fiets
Het zegt u hoogstwaarschijnlijk niets
Maar het is waar ik geboren ben
Dit dorp, ik weet nog hoe het was
De boerenkind’ren in de klas
Een kar die ratelt op de keien
Het raadhuis met een pomp ervoor
Een zandweg tussen koren door
Het vee, de boerderijen ”
Hieronder vindt u meer informatie per punt.
De Markt van Groede is bijzonder.
Wij willen u graag meenemen in een rondgang langs de huizen en gevels op de Markt. Tegenover de ingang van de kerk zien we links van de ingang van de Molenstraat het pand De Reiziger. 1684. Zoals zoveel panden heeft het uiteenlopende functies gehad: in 1910 woonde hier de postmeester. En net om de hoek zat het “postkantoor”. Rond 1985 kon je er van alles kopen in “De Kleine Bazar”. En meer recent is het B&B geworden. Uniek hoor. Overnachten in zo’n oud historisch pand. We volgen de huisnummering en gaan linksom. Nummer 5 bood rond 1910 onderdak aan de veldwachter. Die woonde dicht bij zijn werkgever. Want het huis met de indrukwekkende vlaggenmast was het gemeentehuis tot begin jaren 70. Groede was tot 1970 een grote en belangrijke gemeente. Werd toen samengevoegd tot gemeente Oostburg en weer later tot gemeente Sluis. De twee panden op de hoek (9) kennen ook een bewogen geschiedenis. Rond 1900 zat op de hoek een bakkerij met kruidenierswaren en ernaast een dameshoeden winkel. Daarin kwam later schoenmaker Versprille. De bakkerij werd een supermarkt- en het pand van de schoenmaker werd ingelijfd en een lunchroom. We schrijven nu 1970. Kijkend naar de gevels is nog duidelijk te zien dat het vroeger twee aparte panden waren. In een volgend leven werd er een restaurant in gevestigd. “De Wildeman” (de wildeman maakt deel uit van het oude gemeentewapen van de gemeente Groede). Maar een
nieuwe eigenaar vond dat misschien iets te agressief. Want hij noemde het voortaan: Eethuis “De Engel”. En nu heet het simpel: “1880”. Naar het pand waar dit restaurant eerst was gevestigd: op Markt 27. De ander hoek kent ook een historie van horeca. Vroeger een café, even een woonfunctie, maar daarna toch weer ijssalon/lunchroom.
We stappen door en komen bij de bejaarden sociëteit, oftewel “de soos”. Voordien, jawel, een café waar Jo Buize de scepter zwaaide als waardin. We passeren een rijtje kleinere woningen en komen aan bij het oudste pand op de Markt. Uit 1614. Met een prachtige trapgevel. Rond 1920 woonden de dierenartsen hier. Het huis op de ander hoek van het “Vrieërssteegje” was lang Hervormde pastorie. In 1981 werd het artsenwoning, met aan de achterkant de praktijk. Schaalvergroting en concentratie van diensten in de zorg eisten hun tol en Groede heeft al een aantal jaren geen eigen huisartsenpraktijk meer. Het statige pand op nummer 21 paste haar bewoner. In 1910 woonde hier de notaris (Beuning). Het is de moeite om even een stap terug te doen zodat u het opvallende, in tweeën gedeelde dak kunt zien. Er woonden veel notabelen van het dorp op de Markt. Zo had hoofdonderwijzer Cuick in 1914 op nr 26 zijn domiciel. Op nummer 27 treffen we opnieuw horeca. Het is hier waar voorheen “1880”
gevestigd was. Driemaal raden wanneer het huis is gebouwd… In het statige huis op nr 28 woonde begin vorige eeuw mejuffrouw Fremouw, de moeder van schrijver Emile Buysse. Niet van onbesproken gedragin de oorlog, maar later toch een gerespecteerd medewerker van diverse Belgische dagbladen.
Er is door de eeuwen heen veel gebouwd en verbouwd op de Markt. Waar nu “De Drie Koningen” zit stond vroeger een pand van de gemeente waar huwelijken werden voltrokken. En dan de belevenissen van De Drie Koningen zelf: wat dacht u van : hotel-café-restaurant – dancing: “de ploeg”- dansschool: Van Hee – mini(film)theater – feestzaal-bierbrouwerij? Er nog steeds is het een aangename interessante pleisterplek. Op naar 32: dit huis veranderde van woonhuis in kapsalon. No 33 daarentegen van Spar kruidenier (jaren 70) in woonhuis. De Markt is een dynamisch centrum. Met altijd veel horeca. In 1806 werd in de annalen al vernoemd: Herberg “De Witte Leeuw”.
Alwaar de notaris zijn openbare verkopen hield.
We eindigen de rondgang bij nr 36. En dat was in 1910 -hoe kan het anders?- een café: Ant Bosschaert. Later bakkerij van den Hemel (katholiek)
Groede kende en kent meerdere kerken. Een afspiegeling van de geschiedenis. In de Schuitvlotstraat een katholieke kerk, in de Molenstraat een Lutherse kerk en hier, op de Markt, de gereformeerde kerk. En in deze kerk, beginnend in 1619 een drietal eeuwen een Waalse of Franse kerk gehuisvest. In een afgescheiden gedeelte. 1619 zegt het al: een eeuwenoude kerk. Het vroegste gedeelte dateert uit de 13e eeuw. En als je zo oud bent dan heb je al heel wat meegemaakt. Met de grote overstroming van 1375 verdwenen dorp en kerk in de golven. Toch snel erna werd al een nieuwe kerk gebouwd, in wezen gelijk aan de huidige. En tot aan de Reformatie (1579) was het een van de aanzienlijkste en rijkste kerken uit de omgeving. In de Tachtigjarige Oorlog kreeg de kerk opnieuw natte voeten. Door inundaties stonden kerk en dorp zo’n 30 jaar in het water en ze vervielen tot één grote ruïne. Het 12-jarig bestand (1609-1621) maakte hernieuwde drooglegging mogelijk. Daar zijn enkele mensen erg rijk van geworden, waaronder Jacob Cats. Aanvankelijk werd door de familie Cats flink geïnvesteerd in herbouw en in 1635 werd de kerk opgeleverd. Inclusief het deel voor de Hugenoten. Helaas kreeg de kerk daarna weinig financiële steun. Met name de familie Cats liet het afweten en de kerk startte een juridische procedure. Dertig !! jaar procederen volgde. En wat leverde het op: niets. In 1699 viel het definitieve (dood)vonnis en de kerk werd gedwongen langzamerhand alle grond en bezittingen te verkopen. Veel later gaf de Staten Generaal weer financiële steun en uiteindelijk kwam een eeuw later de familie Cats ook nog eens flink over de brug waardoor er flink kon worden opgeknapt en geïnvesteerd. In de kerk zijn daar nog vele mooie dingen van te zien. Maar twee eeuwen later is er niets nieuws onder de zon: door het uitblijven van overheidssteun dreigt de kerk in verval te raken. De bevolking heeft daarom rond 2009 actie ondernomen en de kerk (à la Christo) ingepakt met witte lakens. “Om de schande te bedekken”. Dat gaf nogal wat publiciteit! En het Rijk kwam met subsidie over de brug.
Het is zeker de moeite om de kerk van binnen te bekijken. Maar ook buitenom is het interessant. Links van de toegangsdeur is een nagel te zien. Die geeft aan tot welke hoogte de kerk in het water heeft gestaan. De kleine deur rechts gaf vroeger toegang tot de Franse kerk. Gaan we de hoek om dan zit daar de heer Cats. Weer in genade gevallen en nu ook weer gekoesterd in Groede. Hij zit aan de rand van de parochieput. Een verhaal op zich. Van oorsprong een drinkput voor de paarden van de kerkgangers. Lopen we achter de kerk om dan vinden we tegenover de driekoningen twee interessante zaken. Allereerst een informatiebord dat vertelt over het wel en wee van Groede in de tweede wereldoorlog. Niet vermeld wordt dat aan het einde van de oorlog de kerk op initiatief van de huisarts getooid werd met een rood kruis. En de geallieerden hebben dat gerespecteerd tijdens beschietingen en bombardementen. Het heeft Groede gered. En voor velen redding gebracht.
In de hoek bij de toren zien we een plaquette. In deze hoek bevindt zich het “knekelhuis”. Een plek waar de botten bewaard werden die bij het verplaatsen of opheffen van graven gevonden werden. De spreuk op de plaquette uit 1752 is alleszeggend.
Zoals gezegd waren er meerdere kerken. Meerdere geloven dus ook in Groede. Die zich niet altijd even goed tot elkaar verhielden. Achter de pomp ziet u twee stenen. Opstapstenen. Die gebruikt werden om fatsoenlijk uit de sjees te kunnen stappen bij kerkbezoek. Op zich niets bijzonders. Ware het niet
dat de herkomst van de stenen van katholieke oorsprong is! Het waren oorspronkelijk voetstukken van een katholieke doopvont. Waarmee de gereformeerden bij iedere kerkgang de katholieken een sneer gaven en met voeten traden… Vermoedelijk zijn de stenen daar al geplaatst rond 1650. Kort na de reformatie.
De meeste mensen starten hun wandeling hier en dat is ook niet zo gek. De Markt van Groede geniet grote bekendheid en dat is niet alleen in Zeeland zo. Centraal staat de Grote Kerk (Groede telt maar liefst 3 kerken). Alleen mooie woorden passen bij de Markt. Prachtige klinkerstraten en jaloersmakende monumentale panden staan om het plein.
De Grote Kerk is een driebeukige hallenkerk met driezijdig gesloten koor en een noordkoor. De toren heeft een achtkante bovenbouw en naaldspits uit de 17e eeuw. De oudste delen van deze kerk dateren uit de 13e eeuw. De toren met haakse steunberen dateert uit de 14e eeuw. Het schip en de noordbeuk zijn 15e-eeuws. De rechtgesloten zuidbeuk werd omstreeks 1500 gebouwd. Doordat Groede van 1583-1613 onder water stond, had de kerk veel te lijden. In 1868 werd de kerk ingrijpend verbouwd en aan de buitenkant geheel gepleisterd. Aan de binnenzijde werd een vlak stucplafond aangebracht. Nadat een blikseminslag in de toren plaatsvond, werd deze in 1950 gerestaureerd en ontpleisterd. In 1970 volgde een restauratie waarbij de rest van de kerk eveneens ontpleisterd werd, terwijl in 2010 de kerk opnieuw een restauratie onderging. Sindsdien is de naam in Grote Kerk veranderd. Het interieur omvat een preekstoel met doophek uit 1794 in Lodewijk XVI-stijl, alsmede een herenbank (de Catsbank) uit hetzelfde jaar. Beide zijn geschonken door de nazaten van Jacob Cats, de persoon die de indijkingen heeft gefinancierd. Het orgel is in 1903 gebouwd door Johan Frederik Kruse en heeft tot 1920 gestaan in de Lutherse kerk te Veere.
In de kerk is een grafzerk uit 1471 te vinden, welke afkomstig is van het in 1583 verdwenen dorp Nieuwerkerke.
Vind een mooi plekje voor de Grote Kerk, kijk wat rond en bedenk eens wat deze Markt allemaal gezien en gehoord heeft in de voorgaande eeuwen….
De Markt in Groede heette vroeger De Ringstraat en het Prinses Marijkeplein. De naam Prinses Marijkeplein is te verklaren doordat Groede in de Tweede Wereldoorlog een Rode Kruisdorp is geweest. Op de Grote Kerk had met een kruis geschilderd zodat de vechtende partijen wisten dat er hier niet gebombardeerd mocht worden. Uit vaderlandsliefde werd de toenmalige Ring omgedoopt tot het Prinses Marijkeplein. Koningin Wilhelmina heeft kort na de Tweede Wereldoorlog een bezoek gebracht aan Groede.
Bij de herindeling van de gemeente Oostburg in 1970 heeft men gekozen voor De Markt.
Rond de Grote Kerk staan veel panden statige panden waarvan de bouw soms al in de vroege 17e eeuw heeft plaatsgevonden. Kijken we naar de vroegste foto’s van De Markt dan zien we dat er gelukkig niet veel veranderd is.
De eerste steen voor dit pand werd omstreeks 1895 gelegd. Het pand, gebouwd als café-hotel heeft nog altijd de historische naam ‘De Drie Koningen’. Het is een van de oudste uitspanningen in het dorp. Het pand had vroeger ook een belangrijke communicatieve functie door het plakbord dat zich nog altijd links in de gevel bevindt en waar boodschappen van de gemeente werden aangeplakt.
Je kan er nu nog steeds terecht voor lunch, diner of een heerlijk eigen gebrouwen glas bier (Dutch Bargain).
Heb je de bibliotheek van Groede al gespot? Daar waar je vroeger met kwartjes de lijn kon verbinden, zijn het nu de boeken die de bezoekers verbindt. Je mag de boeken gratis lenen en als je boeken overhebt achterlaten in onze eigen bibliotheek.
Ergens in de jaren ’50 van de vorige eeuwe was er ook al een verlichte fontein op de Markt. Zodra het zonnetje weer gaat schijnen is ook deze fontein actief. Met mooi weer spelen de kinderen erin of eromheen terwijl de ouders op het terras bij de Fonteyn een drankje nuttigen. De winnaars van de jaarlijks KermisKoers nemen traditiegetrouw een “duik” in het nog koude water.
Op nummer 6 vind je het voormalige Gemeentehuis dat gebouwd is in 1880. In het begin van de jaren dertig van de twintigste eeuw werd het gemeentehuis inzet van een hooglopende discussie in het dorp. Een deel van de gemeenteraad was van mening dat het hier beschreven gemeentehuis niet meer voldeed, omdat het te weinig representatieve uitstraling zou hebben en onvoldoende ruimte bood. Want idealiter werd er ook de brandspuit geplaatst en kreeg de veldwachter er een woning.
Na veel getouwtrek moesten de tegenstanders het afleggen en werd gestart met de nieuwbouw net buiten de dorpskern. De nieuwbouw had een veldwachterswoning, een plek voor de brandspuit én de lijkkoets. Op 23 november 1937 vond de officiële opening plaats van het Gemeentehuis aan de Voorstraat nummer 3.
In de voorgaande jaren was er veel detailhandel te vinden in Groede. Zo was er op nummer 33 een SPAR supermarkt, op nummer 35 een slijterij, maar was er ook een bakker.
Achter de waterpomp zie je twee hardstenen verhogingen. Deze werden vroeger gebruikt om makkelijk in de koets te kunnen stappen. In de zomer wordt veel gebruikt gemaakt van de Jeu de boules baan waar dorpelingen elkaar treffen voor het spel en de laatste dorpse verhalen.
De Molenstraat te Groede loopt van de markt (zie hierboven) met de grote kerk tot aan het pompstation waar vroeger de molen stond. De Molen op het eind van de Molenstraat is inmiddels verdwenen. Er zijn in de Molenstraat 6 topics interessant:
– De touwslagers
– De abortuskliniek
– Het hoofdkwartier
– De Lutherse Kerk en de Lutherse Pastorie
– Het schooltje
– Schoenschraper
– De Molen
Touwslagers, een ambacht dat vrijwel is uitgestorven. In de 19de eeuw was het echter een beroep dat je veel tegen kwam, zo ook in Groede. In Groede moest er touw gemaakt worden voor de Visserij in Breskens. In de archieven zijn namen te vinden zoals A. Heule, Guust Velde, Jacobus Houtzager, Anthonie Blom en Johannes Avot, allen touwslager van beroep aan het einde van de 19de eeuw. Waar zij zich precies bevonden staat nergens beschreven, maar we hebben echter wel een vermoeden.
Een touw werd gemaakt door op een zogenoemde “lijnbaan” garens van hennep in elkaar te draaien. Hoe langer de lijnbaan, hoe langer het touw. Een lange smalle tuin was dus uiterst geschikt voor het maken van lange touwen. Bij het maken van een touw, kan er maar één bocht zitten tussen het slagmechanisme (de slinger) en de lammeroen (de haak waar de garens tezamen kwamen). Het was daarom dat er vaak een boom stond aan het einde van de tuin. Men kon dan de lijnbaan laten lopen van voor in de tuin, naar achteren en vervolgens weer terug naar voren. De touwlengte was zodoende twee maal de lengte van de tuin.
Een standaardlengte van touw is “Kuil”, namelijk 220 meter. Het was dan ook niet voor niets dat touwslagers vaak een tuin hadden van 110 meter. In Groede zijn er volgens de redactie ook lange smalle tuinen in de Molenstraat van ongeveer 110 meter, of zij echter ook een boom op het einde hebben staan weten we niet.
Ongeveer in de helft van de Molenstraat eindigt rechts het Slijkstraatje. Op deze T splitsing vindt men niet alleen het prachtige pand Salixhove links in de Molenstraat. Tot 1995 was
er in Salixhove een Abortuskliniek gevestigd. Abortus was een controversieel onderwerp, dat blijkt uit de protesten voor en tegen abortus en de verhitte discussies die niet alleen in Amerika, maar o a ook in Nederland plaatsvonden. In de jaren ’60 kwam met de seksuele revolutie een maatschappelijke discussie over abortus op gang. Tijdens de tweede feministische golf kwam de actiegroep Dolle Mina naar voren, die zich inzette voor legalisering van abortus. Sinds 1984 is abortus officieel toegestaan in Nederland, maar daarvoor werd het ook al jarenlang gedoogd.
Dr Van de Bergh, huisarts te Groede heeft een abortuskliniek opgericht in 1974 en werkte naast zijn huisartspraktijk in de kliniek als abortusarts. Dit heeft zijn patiënten uit het dorp nooit gestoord, ze bleven patiënt bij hem als huisarts. Mevrow De Melker die met haar gezin de Lutherse Pastorie in de Molenstraat bewoonde was destijds voorzitster van de abortuskliniek.
In België waren er in die tijd geen abortusklinieken en bleef abortus strafbaar. Er was in 1973 te Gent wel protest voor het recht op abortus en tegen de arrestatie van dr. Peers die abortussen had uitgevoerd. Toch leidden deze protesten in België niet tot legalisering van abortus. Abortus bleef nog meer dan 20 jaar daarna strafbaar. Dit had tot gevolg dat duizenden Belgische vrouwen een afspraak maakten over de grens in het Zeeuws Vlaamse Groede voor een abortus in de abortuskliniek.
De medische term abortus provocatus betekent opzettelijke vruchtafdrijving. Ondanks dat abortus officieel was toegestaan in Nederland, bleven velen tegenstander van deze opzettelijke vruchtafdrijving. Er waren demonstraties onder leiding van Pater Koopmans (Chr RK) bij alle abortusklinieken in Nederland. Zo ook organiseerde Pater Koopmans een demonstratie voor de abortuskliniek te Groede, waar hij echter niet welkom was bij de burgers van Groede, die hem hebben weggejaagd. Die open geest is altijd kenmerkend geweest voor de bewoners van Groede.
Na Dr Van de Bergh kwam er een opsplitsing tussen de functie van abortusarts en huisarts. Aanvankelijk woonde de huisarts in het pand op de hoek tegenover Salixhove, wat nu de kunstgalerie is. Begin 1982 ging Dr Schellekens als abortusarts in de arbortuskliniek te Groede aan de slag, terwijl haar echtgenoot huisarts werd in Groede. Zij hebben de huisartspraktijk in de Walenstraat gebouwd gelegen aan de achterzijde van hun mooie pand in de hoek van de markt achter de grote kerk.
Door de Wet betreffende de zwangerschapsafbreking van 3 april 1990 was abortus onder bepaalde voorwaarden in België niet meer strafbaar. De zwangere Belgische vrouwen moesten niet langer naar Groede afreizen om een abortus te kunnen ondergaan. Het aantal patiënten dat een beroep deed op de abortuskliniek doofde langzaam uit. In 1995 werd de kliniek te Groede gesloten en overgeplaatst naar Goes.
Vanaf het Slijkstraatje bevindt zich rechts in de Molenstraat op nummer 24 het pand met titel ‘Het Hoofdkwartier’. Hier was destijds de plaatselijke kapper gevestigd.
Links ziet u bij de voordeur van Molenstraat 41 een schoenschraper. Een voet(en)schraper of schoenschraper is een voorwerp dat wordt gebruikt om modder en vuil zoals uitwerpselen van paarden van schoenzolen te verwijderen, alvorens een gebouw te betreden.
Vroeger was een voetschraper standaard aanwezig nabij de toegangsdeur van herenhuizen en andere gebouwen. De voetschraper kon in een nis in de muur zijn bevestigd, of in de grond. Vaak is de voetschraper gedecoreerd. Voetschrapers werden geplaatst tot het begin van de 20e eeuw. Vanaf dat moment werden wegen bestraat en werden ze overbodig. De deurmat werd een moderner vervangmiddel voor de schoenschraper. Ook omdat het verkeer motoriseerde en minder afhankelijk werd van lastdieren die de straten bevuilden met uitwerpselen verloor de voetschraper terrein.
Lutherse kerk en Lutherse Pastorie
Naast Het Hoofdkwartier bevinden zich de Lutherse Pastorie op nr 26 en de Lutherse Kerk op nr 28. In 1727 trad te Salzburg een bisschop aan, die streng tegen de protestanten aldaar optrad.
Een aantal Lutheranen vluchtte op voorhand richting Zeeland. Zeeuws Vlaanderen is in de geschiedenis al altijd zeer uitnodigend en tolerant geweest voor vluchtelingen. In de regio was er in die tijd ook gebrek aan arbeidskrachten, en de autoriteiten wilden van de gelegenheid gebruik maken om daarin te voorzien via de Lutheranen uit Salzburg en tevens deze uithoek van
de Republiek der Nederlanden van protestanten te voorzien als buffer tegen de (katholieke) Oostenrijkse Nederlanden. Op 29 november 1732 vertrok een groep van 784
Lutheranen uit het bij Salzburg in een 18-tal scheepjes naar West-Zeeuws-Vlaanderen, om daar pas op 9 maart aan te komen. Ze werden met enig vlagvertoon binnengehaald, en vervolgens over de diverse dorpen en buurtschappen verspreid.
Het werd geen succes. Ziekten, waaronder de Zeeuwse koorts, eisten hun tol onder de Lutheranen, die een geheel ander klimaat gewend waren. Ook het werk in de landbouw bleek minder geschikt voor deze mensen, die gewend waren in de zoutmijnen te werken. De huisvesting van vele nieuwkomers liet evenzeer te wensen over.
De lutheranen leefden vaak in de bakhuizen op de boerderijen. Al na een half jaar trokken de eersten weer terug, en in 1734 waren er nog maar 224 over, en in 1741 nog 171. De meesten (102) woonden in Groede daarom werd Groede het centrum van de Lutherse gemeente. Zij mochten aanvankelijk gebruik maken van de Hervormde kerk aldaar.
De Lutherse Pastorie werd in 1740 gebouwd en deed dienst als gebedshuis. Dit bleek al vlug te klein. In 1742 richtten de Lutheranen een eigen kerkgebouw op, dat in 1743 werd ingewijd. In de 2e helft van de 18e eeuw nam het aantal Lutheranen weer toe, en wel tot ruim 200, mede omdat er soldaten uit Duitse landen gelegerd waren.
Na deze tijd daalde het aantal Lutheranen van de Evangelische Kerk weer, omdat velen toetraden tot de Hervormde Kerk. In 1989 fuseerde de Lutherse gemeente Groede met die van
Vlissingen en Middelburg tot de Evangelisch-Lutherse gemeente Middelburg. Het kerkgebouw werd in 1991 verkocht aan de Stichting Monumentenbehoud Groede, die het gebouw van 1998-1999 restaureerde en in gebruik nam voor sociaal-culturele doelstellingen.
Niet de meest vrolijke plek van ons mooi dorpje Groede, maar wel een plek met historie en verhalen. Wandel rond en neem de rust in u op.
Deze begraafplaats is in meerder opzichten bijzonder te noemen, naast dat er veel bekende Groedenaren liggen zijn er ook 3 Britse oorlogsgraven te bezichtigen. Dit zijn de graven van de volgende personen:
Kunt u ze vinden?
De oudste vermelding van Groede dateert uit het begin van de 12e eeuw. Op dat moment wordt de naam Groede vermeld in een oorkonde van de Gentse Sint-Pietersabdij die in West-Zeeuws-Vlaanderen veel grond bezat. De naam ‘Groede’ is waarschijnlijk afkomstig van ‘grode’, een term die in de middeleeuwen doelde op aangeslibd en begroeid buitendijks land. De inwoners van Groede noemen hun dorp “De Groe” . De geschiedenis van West-Zeeuws-Vlaanderen, en dus ook van Groede, is sterk getekend door de vele overstromingen, al dan niet natuurlijk van aard. Tot 1970 was Groede een zelfstandige gemeente en in dat jaar ging het op in de gemeente Oostburg dat in 2003 zelf weer opging in de gemeente Sluis.
” Een kroeg, een juffrouw op de fiets
Het zegt u hoogstwaarschijnlijk niets
Maar het is waar ik geboren ben
Dit dorp, ik weet nog hoe het was
De boerenkind’ren in de klas
Een kar die ratelt op de keien
Het raadhuis met een pomp ervoor
Een zandweg tussen koren door
Het vee, de boerderijen ”
De Slijkstraat is misschien niet de beroemdste, maar in ieder geval wel de oudste straat van West-Zeeuws Vlaanderen. In de 30-er jaren waren in de Slijkstraat 2 cafés, een petroleumverkoper, een bakker, een kruidenierswinkel, twee timmerwerkplaatsen, twee fietsenwerkplaatsjes, een schilderswerkplaats, een wagenmaker, een taxibedrijfje, een gemeentewerkplaatsje, een aardappelhandel en een metselbedrijfje. De Slijkstraat was echt het ambachtenstraatje van Groede.
In 1985 heeft het Vlaemsch Erfgoed zich in de Slijkstraat genesteld: een straatlengte historie met ambachtelijke winkeltjes en werkplaatsen, klederdracht, kunstnijverheid, landgoed streekproducten en informatieve filmpjes. Hier beleef het Groede van de twintiger jaren.
De Bakkerieje en Herberg De Natte Pij, waarin een klein museum is ingericht, maken onderdeel uit van dit museumstraatje. De Bakkerieje is een kleine dorpsbakker die nog de authentiek Groese ‘paptaarten’ verkoopt, een rond gebak met een opstaande rand en een vulling van gele room, een soort dikke vanillevla. Paptaarten werden vroeger vooral in de omgeving van Groede gegeten na het betalen van de pachten van de landbouwgrond op 1 oktober. Naar verluidt werden de boeren erop getrakteerd door rijke Gentenaren die in de omgeving grond bezaten. Op de Baomesse-kermesse (Sint-Bavokermis), die de eerste woensdag van oktober plaatsvond, gold de paptaart als een traditionele lekkernij. Het is in Groede nog altijd een traditie om op deze dag paptaart te eten.
De naam ‘De Natte Pij’ komt van de tijd dat monniken uit Gent het Zeeuws-Vlaamse land gingen inpolderen. Hierbij werd hun pij nat van het water. Door de gehele herberg vind je talrijke kunstcollecties en de klederdracht van toen.
In het gebouw van Pension ’t Overleg was oorspronkelijk een bewaarschool gevestigd. Een bewaarschool is de voorloper van de huidige kleuterschool. In de gevel vind je nog de gedenksteen van de bewaarschool (1869).
Sinds kort zijn er nieuwe activiteiten in de Slijkstraat: Galerie Groede en De Platenbar. De galerie zit op de hoek van de slijkstraat en is een pand waar veel verschillende activiteiten hebben gezeten: autogarage, benzinepomp, woonhuis, antiquariaat,… tijdens de oorlog heeft het zelfs dienst gedaan als opvang voor gewonde soldaten. De Platenbar is jaren een timmerwerkplaats geweest.
In één van de gevels in de Slijkstraat vind je gegraveerde data en namen in de stenen. De oudste is van 1917. Kan je ze vinden?
Vanaf de markt lopen we de Noordstraat in richting de Blekestraat. Op de gevel van de 3 koningen is aan de linker kant een wit vlak te zien. Uit oude foto’s blijkt dat het witte vlak niet altijd leeg was. In de jaren 80 stond er nog ‘Dansschool’ en ook ‘’Dancing (1985) en op de plaats van de 3 koningen ‘’de Ploeg’’. Later kwam er weer 3 koningen te staan. Op het nu witte lege vlak stond eerder nog ‘’logement’’ en ‘’hotel’’.
Noordstraat nr 6 was vroeger een boekhandel. Op de gevel stond BOEK, COURANT en HANDELSDRUKKERIJ. De hoek van het pand is een soort van afgerond, dit omdat toen er vrachtwagens kwamen, ze anders de bocht niet meer konden maken. Voorheen was het gewoon een hoek van 90 graden.
Deze straat heette vroeger de Bleekerstraat en daarvoor de Schoolstraat, het brouwerslokaal aan uw rechterzijde was vroeger de openbare school, later de gymzaal. Tijdens het drinken van een ter plaatse gebrouwen biertje kun je de ringen van de gymzaal nog zien hangen.
Aan het einde van de Blekestraat die overgaat in de Voorstraat heb je aan de overkant van de weg het oude gemeente huis.
Halfverwege de jaren ’30 bleek het gemeentehuis aan de markt niet langer aan de moderne eisen te voldoen. Architect van de Vijver uit Knokke kreeg opdracht om het nieuwe gemeentehuis te tekenen. Een soort villa met torentjes. Daarin zou tevens een veldwachterswoning worden opgenomen. Op 23 november 1937 werd het gemeentehuis officieel geopend.
Tot 1970 was Groede een zelfstandige gemeente en in dat jaar ging het op in de gemeente Oostburg, dat ging in 2003 over naar gemeente Sluis
Neem gerust eens plaats op één van de bankjes aan het vijvertje en kijk eens goed om u heen. Als u goed kijkt ziet u het voormalige tram-station van Groede.
Halfverwege de jaren ’30 bleek het gemeentehuis aan de markt
niet langer aan de moderne eisen te voldoen. Architect van de Vijver uit Knokke
kreeg opdracht om het nieuwe gemeentehuis te tekenen. Een soort villa met torentjes. Daarin zou
tevens een veldwachterswoning worden opgenomen. Op 23 november 1937 werd het
gemeentehuis officieel geopend.
Tot 1970 was Groede een zelfstandige gemeente en in dat jaar ging het op in de gemeente Oostburg, dat ging in 2003 over naar gemeente Sluis.
We gaan rechtsaf de Walenstraat in. Op de hoek van de Blekestraat en de Walenstraat stonden 2 cafe’s. Cafe Pas en Cafe de Zwaan. Dit is misschien de reden dat de Walenstraat vroeger de Zwaanestraat heette. Later ook de Waalstraat.
In de Walenstraat was vroeger het politiebureau van het dorp te vinden (huis nr 18) In de oorlog was het een slaapplaats voor militairen. De buurtsuper is links aan het einde te vinden.
We vervolgen onze wandeling rechtsaf door het steegje (het vriejerssteegje) terug naar de markt.
Welke Groedenaren zouden hier hun eerste zoen hebben gegeven of gekregen?
Bewonder het prachtig oude muurtje!
Een smalle en kleine verbinding tussen de markt en de walenstraat. Ook wel ’t vrieërsteegje genoemd, waar die naam vandaan komt moet u zelf maar even bedenken.
Aan deze put zit een behoorlijk stuk geschiedenis. De put, volgens sommige Groedenaars zeker enige honderden jaren oud, diende lange tijd als drinkput voor het vee van de boeren. Terwijl de beesten hun dorst lesten in de put, kwam het wel eens voor dat de baas het zelfde deed in één van de kroegjes die in de buurt van de put waren gevestigd. Bovendien had en heeft de put zeker een functie als brandput, of schoon er nu ook weer niet zoveel kubieke meter water in staat.
De put was echter wel een gevaarlijk en diepe put vroeger en er werd in 1973 zelfs over gestemd in de gemeenteraad om hem te dichten en er parkeerplaatsen van te maken. De lokale bevolking kwam toen in opstand en wist dit te voorkomen.
Groede had vroeger maar liefst drie kerken in het dorp. Een protestantse kerk op de markt, een lutherse kerk in de Molenstraat en een katholieke kerk in de Schuitvlotstraat.
Aan de Schuitvlotstraat 15 vind je de voormalige rooms-katholieke kerk, die gewijd was aan Sint Bavo. Nadat de katholieke eredienst in de 19e eeuw weer werd toegestaan zijn er vanaf 1841 diensten gehouden in een boerenschuur. Een jaar later werd een noodkerk gebouwd, die in 1860 is vervangen door de Sint Bavokerk. Deze trok veel pelgrims omdat de kerk met bijbehorende Lourdesgrot onderdeel vormde van de bedevaartsplaatsen in de streek. Binnen enkele jaren groeide Groede uit tot de belangrijkste bedevaartplaats van West Zeeuws-Vlaanderen. Na de sluiting van de kerk heeft het Mariabeeld een plaats gekregen in een lokaal restaurant Weten wij waar dit gebleven is en is er nog iets te zien van Lourdes??
De kerk is gerestaureerd in 1980/81. Vervolgens is het gebouw op 1 januari 2004 onttrokken aan de eredienst. De uit 1540 stammende zeldzame luidklok van de Belgische gieter Jan Vanden Ghein verhuisde naar museum Klok en Peel in Asten.
Achter de kerk tref je de Rooms Katholieke begraafplaats met ca. 170 graven aan.
Bij de boot van Vlissingen naar Breskens hangen interessante
kaarten. Op een kaart van rond 1700 zien we dat Groede middels “de haven
Baersande” in verbinding staat met de zee. In Groede kon er afgemeerd
worden aan de Schuitvlotstraat. “Schuitvlot betekent een aanlegplaats of
-steiger in Zeeland voor smalle platboomde schuiten. … De schuiten en de
schuitvlotten werden door iedereen gebruikt om personen en goederen
(landbouwproducten, vee, bouwmateriaal) te vervoeren. Zout water in onze polders
was toen al een gemene deler.
Door de jaren heen is er veel veranderd. Een aantal mooie
monumentale panden is gelukkig behouden gebleven en springen direct in het oog
tijdens de dorpswandeling.
Aan de
Schuitvlotstraat 13 zie je naast de Sint Bavo Kerk de voormalige
Sint-Jozefschool. De school is gebouwd
in 1931. In het middenrisaliet zie je een imitatiebeeldje van Venus van
Milo. Oorspronkelijk stond hier een beeltenis van Sint Jozef. De voormalige
school is nu een woonhuis.
Aan het einde van de Schuitvlotstraat is het Atelier Theo Jordans aan de Schuitvlotstraat 28. Atelier Theo Jordan is gevestigd in een prachtige oude schuur. Theo Jordans werd geboren in 1956 te Venlo. Sinds 1985 woont hij in Groede. Hij was deeltijds werkzaam als docent beeldende vorming aan diverse onderwijsinstituten. Hij kreeg diverse prijzen voor zijn werk en exposeerde in binnen- en buitenland. Het atelier is niet altijd open. Voor het bezoeken van het atelier kun je telefonisch een afspraak maken met Theo op nummer 06-24786677.
Copyright 2024 | Alle rechten voorbehouden